Edward van de Vendel

Juffen en meesters zijn zó aanwezig in het leven van kinderen; ik moest er gewoon twaalf gedichten over schrijven. Deze bundel is dus een ode aan onderwijzeressen en docenten, aan strenge en aan lieve meesters, aan vrolijke en afstandelijke juffen, maar ook aan de personeelskamer en aan de conciërge. En ik ben heel blij dat Saskia Halfmouw haar kleurrijkste fantasieën op al mijn gekte (en soms een klein beetje serieuziteit) wilde loslaten!

Dit is de derde dunne bundel in de reeks ’12,5 gedichten’.  Eerder verschenen Hannes en Hassan weten meer dan jij, met Martijn van der Linden, en Tantes zijn fantastisch (ooms ook) met Philip Hopman.

De vormgeving is van Roald Triebels, en natuurlijk wordt in het laatste, halve gedicht de volgende bundel aangekondigd, de vierde. Die gaat over verliefdheid en bevat tekeningen van niemand minder dan Marije Tolman.