Edward van de Vendel

Heel soms tref je zo’n zeldzaam kinderboek waarin een schrijver het écht anders aanpakt. Dat is het geval bij Vliegen als een bij van de Duitse toneelauteur Ronald Schimmelpfennig. Zijn liefdevolle Vliegen als een bij is geschreven in de jij-vorm, sowieso al iets wat we niet vaak zien (de laatste keer die ik me kan herinneren is Eilanddagen van Gideon Samson). Ook in dit boek werkt het goed. Het is alsof we de jonge hoofdpersoon worden, die het niet echt gemakkelijk heeft, en zich uit de benarde dagelijkse werkelijkheid redt door zijn leven als een game met levels te zien.

Totdat hem iets bijzonders gebeurt – hij wordt een bij. Of… wordt hij dat? Is het niet een fantasie-ontsnapping? Vliegen als een bij verschuift perspectieven, op een heel fijnzinnige manier, en doet de lezer nadenken, maar niet doordat de tekst lastig te snappen is. Een heel originele aanpak dus, en complimenten aan uitgeverij Ploegsma om een boek te vinden en te laten vertalen (door Esther Ottens) dat de mogelijkheden van de kinderliteratuur weer een tikje oprekt. (Ook: fijne tekeningen van Stefan Yamá Cab.)